Pruiken en Revoluties

canon-algemeen-10Pruiken en Revoluties (1700-1800) De bewoners van Boxmeer en omgeving moeten letterlijk zwaar betalen voor de Spaanse Successieoorlog (1701-1714): naast een verhoogde belasting moeten zij bijdragen aan inkwartiering en foeragering van het Engels-Staatse leger. Ook het Franse leger eist “contributie”, op straffe van plundering en brandschatting.

In 1713 wordt Meinrad II van Hohenzollern-Sigmaringen beleend met de heerlijkheid Boxmeer, namens zijn minderjarige zoon Frans Willem van Hohenzollern-Bergh. In 1722 wordt Frans Antoon Eppeler aangesteld als voogd over Frans Willem. Deze tiranniseert de familie, en in 1735 steekt hij, om zijn financiële malversaties te verdoezelen, het archief in brand. Het vuur slaat over naar het kasteel Huis Bergh, waardoor de graaf en zijn gezin naar Boxmeer moeten verhuizen. In 1737 overlijdt Frans Willem. Zijn zoon en opvolger Johan Baptist, een gewaardeerd lid van de Boxmeerse gemeenschap, wordt in 1757 ontvoerd door een samenzwering waarbij de zijn eigen familie betrokken is. Hij zal 24 jaar gevangen zitten, tot zijn dood in 1781. Het kasteel van Boxmeer, dat lang had leeggestaan en in slechte staat verkeert, wordt afgebroken en op dezelfde plek laat Johan Baptists zuster Johanna Josepha een klein paleis in Franse stijl bouwen.

canon-boxmeer-10De Fransen vallen Nederland in 1794 binnen. In 1797 wordt de heerlijkheid Boxmeer onderdeel van de Franse Republiek, en vervalt het soeverein gezag van de heer van Boxmeer. Het Land van Cuijk valt onder Staats Brabant, dat in 1795 toetreedt tot de Bataafse Republiek.