Heerlijkheid Boxmeer

Wist je dat je een paar eeuwen geleden omgerekend ongeveer €10.000 moest betalen om in Boxmeer te mogen wonen? Dit heeft alles te maken met de opmerkelijke Boxmeerse geschiedenis. In de 17e en 18e eeuw is Boxmeer namelijk een vrije Heerlijkheid in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Dit betekent dat Boxmeer eigen rechtspraak, jacht- en visrechten heeft en geen belastingen aan de Haagse Generale Staten en de koning van Spanje betaalt. Onder het bestuur van de Staten-Generaal is het protestantisme het belangrijkste geloof en zijn katholieke erediensten verboden. Boxmeer is als Heerlijkheid echter onafhankelijk van de Staten-Generaal, waardoor de katholieke diensten hier toch gewoon door kunnen gaan. In deze periode vluchten daarom veel rijke, Roomse families naar Boxmeer.

De rijke families mogen zich vestigen in Boxmeer, maar arme mensen wordt het moeilijk gemaakt. In 1690 wordt zelfs besloten dat iedereen die in Boxmeer wil komen wonen, een borg van 400 gulden moet betalen. Dat is omgerekend €10.000 euro!

Zilversmeden spelen handig in op de aanwezigheid van rijke burgers. Vanaf de 18e eeuw tot en met de jaren ’20 van de vorige eeuw waren er namelijk veel ateliers van zilversmeden in Boxmeer. De smeden maken een groot deel van het zilverwerk voor kerken, maar ook voor bedevaartgangers die op de jaarlijkse Heilige Bloedprocessie afkomen. Ook de rijke families kunnen zich het dure, maar prachtige zilverwerk goed veroorloven.