Kasteelbewoners
Een bouwwerk als Kasteel Boxmeer spreekt tot de verbeelding door haar omvang en krijgt betekenis door de gebeurtenissen die er hebben plaatsgevonden en de mensen die er hebben gewoond. Door de jaren heen is Kasteel Boxmeer door veel verschillende families bewoond. Van een aantal personen uit deze families zijn eeuwenoude portretten gevonden. Ontdek het verhaal van deze machtige graven en gravinnen!
Jan Boc van Meer
In 1269 horen we voor het eerst iets over ene Jan Boc van Meer. Deze Jan Boc is dan raadsman van de graaf van Gelre. Waarschijnlijk komt rond deze periode Boxmeer los te staan van het Land van Cuijk. Jan Boc is dan ook een van de eerste, zo niet de eerste Heer van Boxmeer geweest.
Na 1269 is er bijna 100 jaar sprake van een Jan Boc van Meer. Uit archiefgegevens blijkt dat er vier generaties Jan Boc van Meer hebben bestaan. Tot zeker 1361 is Boxmeer geregeerd door een Jan uit deze familie. Een foto of schilderij van Jan Boc is nooit gevonden. Het is daarom moeilijk voor te stellen hoe deze persoon er uit heeft gezien. Omdat het altijd fijn is om een gezicht bij de naam te kunnen zien, is er met behulp van informatie uit de tijdsperiode waarin Jan Boc leefde toch een beeld ontstaan.
Magdalena de Cusance
In 1627 neemt Albert van den Bergh het bewind van Boxmeer over van zijn moeder. Hij trouwt twee keer in zijn leven. De eerste keer huwt hij zijn nichtje. Zijn tweede huwelijk heeft meer succes, met Magdalena de Cusance als zijn vrouw. Omdat Albert in 1656 overlijdt, neemt Magdalena de plaats in van Gravin van Boxmeer. Ze staat in deze periode bekend als een ondernemende vrouw, maar ook als dominant en machtsverslaafd. Tot aan haar dood profiteert Magdalena van de erfenis van haar man.
Oswald III van den Bergh is de zoon van Magdalena en Albert. In 1712 overlijdt hij kinderloos. Omdat hij nu geen erfgenaam heeft, draagt hij Boxmeer over aan zijn zus Maria Clara van den Bergh. Zij is getrouwd met Maximilian Hohenzollern-Sigmaringen. Na het overlijden van Oswald III en zijn vrouw sterft het regerend huis Van den Bergh in Boxmeer uit.
Julie Postel
Julie Postel wordt geboren op 28 november 1756 in Normandië, Frankrijk. Van haar 18e tot aan haar 49e levensjaar geeft ze in haar geboorteplaats les aan kinderen van arme gezinnen. Ook neemt ze wezen op. Tijdens de Franse Revolutie helpt Julie vervolgde priesters die naar Engeland willen vluchten. In 1807 sticht ze de Congregatie van de Arme Dochters van Barmhartigheid. Met haar medezusters trekt Julie Postel 21 jaar lang in grote armoede van de ene plaats naar de andere. Na een leven van grote inzet voor armen en gebrekkigen sterft ze in 1846 op 90-jarige leeftijd.
Op verzoek van de pastoor van Boxmeer worden in 1886 twee Duitse zusters en een Franse zuster naar Boxmeer gezonden om zieken en stervenden bij te staan. Tien jaar later komen de zusters door een verhuizing terecht in het gebouw dat 'Het Kasteel' wordt genoemd. Onder leiding van de Zusters van Julie Postel groeit het Kasteel Boxmeer uit tot het Gasthuis van het Heilig Hart. Tegenwoordig is dit het kloosterverzorgingshuis St. Anna. Er wonen nu ongeveer 70 zusters van Julie Postel in Boxmeer
Anton Alois van Hohenzollern-Sigmaringen
Van 1712 tot 1797 bezit de familie Hohenzollern-Sigmaringen Boxmeer en bewoont het Kasteel Boxmeer.
Anton Alois van Hohenzollern-Sigmaringen is de zoon van Karel Frederik Hohenzollern-Sigmaringen en Johanna Josepha Antonia van den Bergh. In 1785 volgt hij zijn vader op als vorst van Hohenzollern-Sigmaringen. Twee jaar later treedt hij in de voetsporen van zijn moeder als Heer van Boxmeer. In 1801 verliest Anton Alois helaas bij de Vrede van Luneville definitief zijn Nederlandse en Belgische bezittingen.
Leopold Frans Jan Jacob van Sasse van Ysselt
Leopold Frans Jan Jacob van Sasse van Ysselt is een Nederlandse edelman en parlementarier. In de 19e eeuw maakt hij zich sterk voor de rechten van katholieken. Ook zet hij zich in voor een betere relatie met de zuidelijke Nederlanden. Zijn zoon is de politicus Louis van Sasse van Ysselt.
Van Sasse bezit een landgoed in Boxmeer. Vanaf 1808 is hij jachtofficier van de koning in het departement Brabant. Als volksvertegenwoordiger verzet hij zich meerdere malen tegen de begrotingsvoorstellen in het parlement. Ondanks zijn voorkeur naar een aansluiting van Noord-Brabant bij de zuidelijke Nederlanden, keert Van Sasse zich tegen de Belgische opstand in 1830.
